Pasgeborenen en jonge, nog niet of onvoldoende gevaccineerde zuigelingen vormen de belangrijkste risicogroep voor het krijgen van een ernstige kinkhoestinfectie.
Een effectieve manier om jonge zuigelingen te beschermen tegen kinkhoest is door middel van het vaccineren van zwangere vrouwen tussen 28 en 32 weken (evt. tot 38 weken) . Via de placenta geven zwangere vrouwen beschermende antistoffen door aan hun kind. Deze antistoffen beschermen de zuigeling de eerste levensmaanden tegen (een ernstig verloop van) kinkhoest.
De Gezondheidsraad heeft eind 2015 het advies uitgebracht om kinkhoestvaccinatie tijdens de zwangerschap aan te bieden in een nationaal programma. De minister van VWS zal beslissen of zij dit advies overneemt en hoe dit uitgevoerd zal gaan worden.
Veel achtergrond informatie en antwoord op vragen over dit onderwerp kan u vinden op onderstaande 2 links:
https://lci.rivm.nl/richtlijnen/kinkhoestvaccinatie-zwangere-vrouwenen
https://www.rivm.nl/Onderwerpen/V/vaccinaties_op_maat/Kinkhoestvaccinatie_voor_zwangere_vrouwen